Na aankomst in ons hotel, gelegen aan de Romeinse brug, willen we meteen op zoek naar een eettentje. Wanneer we de brug oversteken en het straatje naar de oude stad inslaan, staan we direct stil om te genieten van de straatmuzikant.

We slaan de hoek om en onze mond valt open. We staan voor de ingang van een gi-gan-tische kathedraal. We staren naar het immense bouwwerk, met ons hoofd achterover, omhoog. Beeld voor beeld op de gevel proberen we te bewonderen. Het lijkt of alle beelden een verhaal vertellen. Fascinerend!

Maar onze magen knorren, dus we wandelen door. Weer staan we na een paar passen stil, want een universiteitsgebouw trekt onze aandacht. En de boekwinkeltjes op de hoek van dit plein. Ze zijn helaas al gesloten, dus ik tuur door de etalage. “Morgen schat” zegt manlief, “dan kun je lekker tussen de boeken snuffelen, nu gaan we eerst eten.”

Terwijl we door een openluchtmuseum wandelen en maar om ons heen blijven kijken van verwondering, zitten de restaurantjes (zowel binnen als buiten) bomvol. Ineens spot Ferry een leeg tafeltje en hij snelt ernaartoe. Zodra we zitten, met een biertje en een sangria, kijken we weer om ons heen. Wat een drukte, wat een hoop studenten, wat een fantastische sfeer hangt hier.

Het is half september en ’s avonds wordt het al wat frisser. Toch gaat iedereen naar buiten, even een drankje doen met vrienden, de rolstoel van je bejaarde moeder over de keien duwen, wat tapas eten met je collega’s, een praatje maken met de bovenbuurman… Na ons diner drinken we nog wat op Plaza Major, de grootste van Spanje. We aanschouwen en genieten van Salamanca by night. Morgen wordt een drukke dag, want er is hier zoveel moois te zien!