Wanneer ik over de Koninklijke straat van het Alhambra wandel, beeld ik mij in hoe levendig druk het hier was 700-800 jaar geleden. Niet met toeristen, zoals nu, maar met bewoners. Hier bevond zich namelijk de medina, ooit was dit de dichts bevolkte wijk van het Alhambra.
Van de 13e tot de 15e eeuw groeide het Alhambra uit tot een echte paleisstad die ten dienste stond van de Moorse adel en sultans (die in de paleizen woonden). Twee hoofdstraten doorkruisten de vesting: de calle Real Baja (Lage Koninklijke strata) en de calle Real Alta (Hoge Koninklijke straat) waar het merendeel van de bevolking leefde: ambtenaren, bedienden, ambachtslieden. Dit gebied werd de medina genoemd. Hier werden kleine woningen, werkplaatsen en administratiegebouwen gecombineerd met enkele grote huizen en paleizen.
Nu vind je er echter alleen nog archeologische resten en ruïnes, wat voornamelijk te wijten is aan de troepen van Napoleon die voor hun terugtocht in de 19e eeuw deze plek met dynamiet bestookten. Het resultaat was een verwoeste plaats waar bijna niets overbleef van wat er vroeger was. De Koninklijke straat is momenteel de verbindingsweg tussen het Generalife (de tuinen) en de Nasrid-paleizen en het Alcazar.



Gelukkig zijn er wel wat poorten en torens overeind gebleven, alsmede de kerk van Santa María (op de plek waar vroeger de moskee stond), de baden, enkele huizen en paleizen. In een van die paleizen bevindt zich het huidige Parador hotel. Toch kan ik me het bruisende straatbeeld van weleer goed voorstellen en vind ik een bezoek aan de voormalige medina dan ook zeer de moeite waard. Hierover lees je meer in mijn blog Wat is er te zien in het Alhambra?

Puerto del Vino
In het hart van de Media staat Puerto del Vino, de Wijnpoort. Ik vind ‘m indrukwekkend, maar begrijp de naam niet helemaal. Ik lees dat er zijn twee theorieën zijn over de oorsprong van de naam. Oorspronkelijk heette de poort Bib al-Hamra, wat Rode Poort of Poort naar het Alhambra betekent. Een alternatieve theorie is dat sinds 1556, tijdens de jaren van christelijke bezetting, de bewoners van het Alhambra belastingvrij wijn konden kopen. De wijn zou door de inwoners van Granada worden afgeleverd en bij deze poort worden achtergelaten.
Torre de los Siete Suelos
Toren van de Zeven Verdiepingen… weer zo’n fascinerende naam waar ongetwijfeld een heel verhaal aan kleeft. Rond de 14e eeuw gaf koning Yusuf I opdracht om de Toren van de Zeven Verdiepingen te bouwen. Het is sindsdien een van de vier hoofdingangen van het Alhambra, met name van de Medina. De naam van de toren komt van de overtuiging dat er zeven ondergrondse verdiepingen zijn onder het bastion; slechts twee ondergrondse verdiepingen zijn daadwerkelijk ontdekt. Ze hebben cilindrische gewelven met dakramen en patrijspoorten op hun muren. De moslims noemden het Bib al-Gudur, wat Poort van de Bronnen betekent, vanwege de kerkers die bestonden in de velden voor de toren, die werden gebruikt om gevangenen vast te houden. Het werd ook Puerta de la Guardiaor (Poorten van de Wacht) genoemd. Kortom, het is een plek vol mysterie waarover diverse legendes de ronde doen.
Op 2 januari 1492, tijdens de herovering door de katholieke koningen werd deze toren uitgekozen als de ingang van het Alhambra. En de verslagen Boabdil, die afscheid nam van zijn Nasrid-koninkrijk, verliet Granada door deze poort. Volgens de traditie vroeg hij om de deur nooit meer te openen. Hierdoor staat deze poort symbool voor het einde van het moslimtijdperk in Spanje.
De poort werd niet meer gebruikt en bleef dichtgetimmerd tot de Franse invasie en het gebruik ervan door de Franse troepen. De Torre de los Siete Suelos werd in 1812 door de troepen van Napoleon opgeblazen met dynamiet.
Het werd al in de 19e eeuw opnieuw gebruikt en gedeeltelijk herbouwd om de aanval door de Carlist-troepen rond 1836-1840 te voorkomen. Rond 1850 werd hij omgebouwd tot een taverne, wat in verschillende werken wordt besproken. Pas medio 1970 is de poort gereconstrueerd met behulp van illustraties van oude schilderijen en foto’s.
Iglesia del Santa Maria de la Alhambra
De Koninklijke Moskee van het Alhambra werd gebouwd in 1308 tijdens het bewind van Mohammed III, maar nadat de christenen naar Granada in Andalusië, Spanje kwamen, werd Iglesia del Santa Maria de la Alhambra gebouwd. Gestart in 1581, voltooid in 1618. Het is geen indrukwekkende kerk, maar de plek in het hart van de medina zorgt er toch voor dat je ‘m even gaat bezichtigen. Voor de kerk staat een marmeren pilaar met op een plaquette het verhaal van twee monniken die het Moorse koninkrijk binnenkwamen om hun geloof aan de ketters te prediken. Ze werden op deze plek onthoofd door de sultan Mohammed V. Je voelt hier gewoon de brute historie van zowel de Moorse als de katholieke overheersers.
Bronnen: ‘Het Alhambra’ van Miguel Sánchez, nomads-travel-guide.com, buffaloah.com

