Op mijn 20e ging ik voor het eerst naar Marokko. Met de Interrail-kaart reisden we door Frankrijk en Spanje, om vervolgens vanuit Algeceiras met de boot de Straat van Gibraltar over te steken. Wat een andere wereld was dat. Met schoenpoetsers, leerlooierijen (met kinderarbeid), ezeltjes, moskeeën en minaretten. Vooral de bazaars maakten diepe indruk op mij, een doolhof van straatjes, winkeltjes en koopwaar. Ik kon me er onmogelijk oriënteren.
De Alcaicería markt
Toen ik een paar jaar later voor het eerst in Granada kwam, vond ik het dan ook leuk om te zien dat daar ook een bazaar is, de Alcaicería markt genaamd. Deze bazaar is de oorspronkelijke Moorse zijdemarkt. Het besloeg voorheen een reeks straten tussen Plaza Nueva en Plaza Bib-Rambla, vol met Arabische zijdekraampjes, specerijen en andere waardevolle goederen.
De naam Alcaicería heeft een Romeinse oorsprong, aangezien in het Arabisch al-Kaysar-ia betekent ‘De plaats van Caesar’. Dit om de Byzantijnse keizer Justinianus te bedanken nadat hij de Arabieren het exclusieve recht voor de fabricage en verkoop van zijde had gegeven in de 6e eeuw.
Neo-Moors
De originele Alcaicería werd gebouwd in de 15e eeuw. Helaas werd deze verwoest door een brand in de 19e eeuw. De huidige replica was minder dan de helft van de grootte van het origineel, en was tevens een goedkopere, moderne versie van deze Moorse stijl, het neo-Moors. Tegenwoordig is het enige overgebleven deel van de bazaar de Calle Alcaicería. Het stelt nu niet veel meer voor, maar de Arabische sfeer is er wel degelijk, zoals op veel plekken in Granada. Je kunt er nog steeds exotische dingen kopen, zoals traditioneel geschilderd keramiek, ingelegd hout en gebrandschilderde lampen. Verder is het er erg toeristisch vind je er vooral kleine souvenir- en stoffenwinkels.
Toch wil je de bazaar van Granada niet missen als je de stad bezoekt. Het ligt in hartje centrum, vlakbij de kathedraal en de mooiste pleinen van de stad. En wil je nog meer Arabische cultuur opsnuiven als je in Granada bent? Wandel dan naar El Albaicín.
Bron: spaansesteden.nl
